Van draaischijf naar touchscreen

Vroeger was het niet zo vanzelfsprekend om iemand ‘even’ te bellen. In 1881 werd in Nederland de eerste telefoonverbinding geopend. Het ging om ‘maar liefst’ 49 aansluitingen in Amsterdam.  Je belde de centrale, gaf aan welke persoon of welk bedrijf je wilde bellen en de telefoniste sloot jouw lijn direct aan op die van de ander. Over het algemeen hadden alleen ‘belangrijke’ mensen een telefoon. Denk dan bijvoorbeeld aan de burgemeester, de brandweer, de arts of de pastoor.  

De draaischijf telefoon verscheen in de jaren twintig. Het lijkt zo lang geleden, maar veel van ons hebben nog met de draaischijf telefoon gebeld. Je moest toen nog elk nummertje afzonderlijk ronddraaien voor je iemand te pakken kreeg. Rond 1960 verschenen in Europa de eerste plastic telefoons. Dat was iets wat heel vernieuwend was in die tijd. Niet langer waren telefoons alleen maar zwart. Herinner jij je nog die ‘oranje’ telefoon met een draaischijf die vooral in de jaren zeventig populair was? Misschien had je ‘m zelf wel thuis? Bij het Oude Ambachten & Speelgoed Museum staan veel oude draaischijf telefoons in verschillende kleuren.  

Vanaf de jaren tachtig werden telefoons met druktoetsen populair, want kiezen met druktoetsen gaat nu eenmaal sneller dan met een draaischijf. Daarbij maakte je minder snel een fout dan bij het draaien van een nummer.  

Omdat lang niet iedereen een vaste telefoon had, kon je ook gebruik maken van een telefooncel. Nu zijn ze nagenoeg uit ons straatbeeld verdwenen, maar bellen deden we in muffe glazen hokjes op straat. Daarin hing een telefoon die je tot leven kon wekken door er muntjes in te gooien of door er een magneetkaart in te steken. In zo’n hokje hing een rijtje smoezelige telefoonboeken. Bellen deed je vaak snel, want buiten stonden mensen ongeduldig te wachten tot de beller eindelijk klaar was. En nu? Nu zijn de KPN-telefoonhokjes weg. Generaties groeien op zonder ooit naar een telefooncel te hebben gerend om een smachtende geliefde of ongeruste ouders te bellen. 

Wat startte met een vaste lijn, werd later een mobiele telefoon en nog veel later een smartphone met touchscreen. Je maakt je er de mooiste foto’s mee, je checkt even het weer via een app en je zoekt alles wat je wil weten op via internet. En… je bent, waar je je ook bevindt, altijd bereikbaar. Hoezo was vroeger alles beter? Of misschien is het toch wel lekker om zo nu en dan even niet bereikbaar te zijn… Wat zou de volgende stap zijn? Want de techniek staat niet stil!